Schematherapie voor angst, dwang en PTSS: Is dat effectief?

Auteur: Julie Krans 

De originele Engelstalige publicatie is gratis verkrijgbaar op https://doi.org/10.1111/bjc.12324  

Schematherapie werd oorspronkelijk ontwikkeld om mensen te helpen die niet voldoende opknapten met bekende effectieve behandelvormen zoals cognitieve gedragstherapie (CGT) vanwege veronderstelde hinderlijke patronen in de persoonlijkheid (Young, 1990, 1999). Een klachtgerichte behandeling zou deze rigide patronen onvoldoende aanspreken. Inmiddels staat schematherapie bekend als wetenschappelijk bewezen effectieve behandeling voor verschillende persoonlijkheidsstoornissen (Jacob & Arntz, 2013). Echter, ook voor andere stoornissen is het nodig om naar alternatieven uit te kijken. Bij angststoornissen bijvoorbeeld is CGT voor ongeveer 50% van de mensen effectief (Loerinc et al., 2015). Schematherapie biedt mogelijk perspectief voor de overige 50% die niet voldoende opknapten. 

Bij Pro Persona Overwaal en de Radboud Universiteit in Nijmegen wordt onderzoek gedaan naar de effectiviteit van schematherapie voor angst, dwang, en PTSS (Peeters, Stappenbelt, Burk, Van Passel, & Krans, 2020). Wij wilden in eerste instantie graag zicht krijgen op de bestaande literatuur over dit onderwerp, en deden een systematisch literatuuronderzoek (Peeters, van Passel, & Krans, 2021). Daarbij verzamelden wij alle peer-reviewed publicaties tot en met 2 april 2021 die voldeden aan de volgende eisen: (a) de deelnemers waren mensen van 18 jaar of ouder met een gediagnosticeerde angststoornis, dwangstoornis of PTSS (co-morbiditeit was toegestaan), (b) de getoetste behandelvorm was schematherapie (al dan niet in combinatie met een andere richtlijnbehandeling), (c) er werd data gerapporteerd over de klachten, (d) de publicatie was geschreven in het Nederlands of Engels, (e) geen N = 1 studies. De zoektermen die wij gebruikten in wetenschappelijke databases leverden in eerste instantie 190 relevante hits op. Bij nadere inspectie op de genoemde criteria bleven er echter slechts zes studies over (waarvan 2 gericht op paniekstoornis, 2 op PTSS, 1 op gegeneraliseerde angststoornis, en 1 op OCS) met in totaal 316 deelnemers die voldeden aan onze criteria. 

Alle 6 studies lieten een redelijke tot grote afname in klachten zien tijdens de schematherapeutische behandeling. De twee studies die een controle groep hadden rapporteerden dat schematherapie enigszins tot veel effectiever was dan CGT of geen therapie, respectievelijk. Drie studies rapporteerden ook de mate van dysfunctionele schema’s en ook daarin was een afname te zien. Dit zijn veelbelovende resultaten. De methodologische kwaliteit van de studies was echter ronduit zwak. Dat betekent dat de resultaten helaas niet erg betrouwbaar zijn. Een zeer goede reden om nu met goede moed door te pakken met stevigere onderzoeksdesigns! 

Julie Krans is universitair docent klinische psychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en senior onderzoeker bij Pro Persona Overwal expertisecentrum voor angst, dwang en PTSS.  

NB: De volledige referenties zijn te vinden in het betreffende artikel.