Tijdens het meest recente Koepelcongres stond de behandeling van angststoornissen centraal, met veel aandacht voor nieuwe ontwikkelingen en integratief werken. De dag was succesvol met een volle boeking en een aangename sfeer. Lees hieronder verder over exposure en het AIP-model.
Angstgeheugen veranderen
Merel Kindt, hoogleraar experimentele klinische psychologie en oprichter van een gespecialiseerde angstkliniek, presenteerde nieuwe inzichten in de behandeling van angst. Ze besprak het gebruik van propranolol in combinatie met een gepersonaliseerd exposureprogramma en benadrukte het belang van exposure en de betekenis van stimuli. Ze constateerde echter dat veel cliënten terugvallen en moeite hebben om te blijven oefenen, omdat het angstgeheugen intact blijft ondanks exposure. Haar onderzoek richt zich op het aanpakken van het angstgeheugen zelf, waarbij de combinatie van propranolol en exposure zeer effectief blijkt te zijn.
AIP-model
Suzy Matthijssen, klinisch psycholoog-psychotherapeut en hoofd van het Altrecht Academisch Angstcentrum, sprak over de impact van angststoornissen op het welbevinden van mensen en het belang van effectieve behandelingen. Ze sloot aan bij Kindts lezing en verduidelijkte dat habituatie niet het belangrijkste werkingsmechanisme is, maar dat het gaat om het versterken van adaptieve relaties en het veranderen van de UCS/UCR-representatie. Ze verwees naar het Adaptive Information Processing (AIP) model, dat zich richt op het updaten van herinneringen met nieuwe informatie. Matthijssen besprak ook de nieuwe behandelrichtlijn voor angststoornissen, zij bekritiseerde de richtlijn, omdat deze al verouderd is bij publicatie en bewezen effectieve behandelingen zoals EMDR niet altijd opgenomen zijn ¹.
Ondraaglijk psychisch lijden
Menno Oosterhoff, psychiater, spreker en schrijver, sprak in een interview met dagvoorzitter Nadia Thiel over de angst bij behandelaren om met cliënten over doodswensen en ondraaglijk lijden te praten. Hij benadrukte het belang hiervan en stelde dat de klinische praktijk achterloopt bij de euthanasiewet, die in 2020 is geüpdatet. Oosterhoff besprak de zes zorgvuldigheidseisen van de wet, met een focus op de eis dat er geen redelijke andere optie is. Hij gaf voorbeelden van mensen die ondraaglijk psychisch lijden ervoeren en euthanasie ondergingen, en verwees naar de documentaire "Esther’s laatste wens."
Euthanasie en de wet: sterven met hulp van een arts | Levenseinde en euthanasie | Rijksoverheid.nl
SFT en angstbehandeling
In de workshops werd een breed scala aan behandelingen van angststoornissen besproken. In door Eelco Muste en Edith Tjoa, Julie Krans en Marisol Neijenhuis, en Anna Muntingh en Eline Eigenhuis geleide workshops kwam aan bod welke rol schematherapie kan spelen bij het behandelen van (chronische) angst. Ze bespraken het herkennen en differentiëren van gevoelens en modi in de therapiekamer en het toepassen van experiëntiële technieken, zoals blije kind oefeningen, om het behandeleffect te verbeteren. Er werd benadrukt dat de therapeut een cruciale rol speelt in het herkennen van non-verbale communicatie, het bespreken van commitment (interessant in dit kader is de groeimindset zoals omschreven door Carol Dweck), en het oefenen van exposure oefeningen en vaardigheden met de cliënt.
Het volgende Koepelcongres vindt plaats op 12 juni 2026. Verdere informatie hier over zal op de website van de Koepel komen te staan.
Meer info:
Dick Nijenkamp,
Senior schematherapeut
¹ Kritiek op de behandelrichtlijnen, die cognitieve gedragstherapie te eenzijdig aanbevelen, wordt vaker gedeeld. Zoals door het Psychotherapy Action Network (https://psian.org/letter-to-who). Claudi Bockting (klinisch psycholoog en hoog leraar klinische psychologie in de psychiatrie bij het Amsterdam UMC) pleit voor een breed palet aan effectieve interventies in de richtlijn, zodat er ruimte is voor patiënten en hun naasten om zelf te kiezen welk aanbod het beste bij hen past (VGCt Magazine, 2024). In dit licht kan het volgende citaat van de website van de Koepel gezien worden als een uitnodiging: De Koepel staat open voor contact met andere verenigingen met een wetenschappelijke basis en een vergelijkbare doelstelling.